"Mijn zoons waren gek van molens. Door hun enthousiasme aangestoken ben ik de molenaarsopleiding gaan volgen en in 1995 deed ik examen. Ik werkte toen nog op de ambulance en alle narigheid die ik daar dagelijks meemaakte kon ik van me afschudden in de weekenden op de molen. Ik draaide op de Rooie Wip en op de Kalkmolen. Tweeënhalf jaar geleden kreeg ik de kans om molenaar te worden van de Rode Molen. Op een prachtige afgelegen plek. Af en toe wordt de molen bezocht door wandelaars of door mensen die in een sloepje voorbij komen. Ik vind het belangrijk om mensen rond te leiden. Alleen al omdat de molens tot het cultureel erfgoed behoren. En dat is van ons allemaal. Maar ook om uit te leggen dat molens werktuigen zijn die wind nodig hebben. Mensen zijn zich daar niet altijd van bewust. De Munnikenmolen in Leiderdorp is een voorbeeld van een molen die ingebouwd is door woningen, bedrijven, bomen en struiken. Ik heb een jaar of twee de sleutel gehad en dan kreeg ik wel eens te horen: “Hé, de molen draait niet.” “Ja”, zei ik dan, “Kom je blazen?” Als het flink waait kan het natuurlijk ook mis gaan. Dat gebeurde bij de Rooie Wip waar een circuit was aangelegd om water te kunnen rondmalen. Windkracht 6 was het. Het ging prima en af en toe ging ik even naar binnen voor een kopje koffie. Totdat ineens het waterschap bij me aan de deur stond. Of ik misschien kon stoppen met malen, omdat het water inmiddels over de dijk op het fietspad was gelopen. In een half uur was er 600 kuub water aan mijn aandacht ontsnapt. Bleek dat er in het circuit een schuifje was dichtgevallen. Dat soort incidenten moet je niet te vaak overkomen, want collega-molenaars dragen je dat na tot in lengte van dagen."