Bestemming
De molen wordt in bedrijf gehouden door een vrijwillig molenaar. Bemaalde tot 1959 de Boterhuispolder als hoofdbemaling, oppervlakte ongeveer 305 hectare en een opvoerhoogte van 1,45 meter. Fungeert als hulpgemaal bij extreme wateroverlast of als het gemaal niet functioneert.
Historie
Rijnland verleent in 1744 toestemming voor de bouw van een nieuwe, stenen windwatermolen aan de zuidzijde van de oude molen. Jan Opdam te Sassenheim bouwt de molen. De bouwkosten bedragen 4.762 gulden. Bij het stichten van de Boterhuis-polder in 1634, wordt gesteld dat de elf kleine molens, die tot die tijd voor de bemaling zorgen, vervangen moeten worden door: … ‘eene groote souffichante nieuwe windwatermolen op de Butterhuyswerff’… De polder dankt zijn naam aan de nabij gelegen, oude en voorname woning “Butterhuys’.
De molen is sinds 1963 in eigendom van de Rijnlandse Molenstichting.
De molen ondergaat restauraties in 1963-‘64, in 1970 en in 1996.
Begin 2000 zijn omvangrijke werkzaamheden gestart om de molen te kunnen behouden. Door het verlaagde polderpeil verrotten de droogstaande funderingspalen onder de molenromp en is het waterverzet onvoldoende geworden. In 2002 worden herstelwerkzaamheden aan de stenen romp uitgevoerd.