Grosmolen

Hoogmade

Bestemming

De molen wordt in bedrijf gehouden door een vrijwillig molenaar. De molen is maalvaardig in circuit, was tot 1956 hoofdgemaal voor de Grospolder, oppervlakte ongeveer 65 ha, opvoerhoogte 1,60 m.

 

 

Historie

De molen bemaalt de Gros- of Voorofschepolder) en vervangt in 1640 een wipmolen die in 1632 nieuw was gebouwd of van een andere plek in de polder kwam, maar toen vermoedelijk door storm deels is verwoest. De polder zelf is in 1570 gesticht.

 


Tot 1956 blijft deze kleine wipmolen voor het bemalen van de Grospolder in bedrijf maar raakt daarna snel in verval. Nadat de Rijnlandse Molenstichting in 1961 eigenaar is geworden, volgt er in 1966/'67 een flinke restauratie.

Opmerkelijk is ook de bovenas, die duidelijk te groot is voor deze molen en daarom

waarschijnlijk gebruikt is gekocht. Om de roeden enigszins in het midden te kunnen plaatsen zijn extra vulhouten aangebracht.

 


Het voortdurend dalen van het polderpeil heeft deze molen danig parten gespeeld. In een brief van de Provincie Zuid-Holland aan de Rijnlandse Molenstichting van oktober 1992 wordt gesproken van een voortdurende verlaging van het waterpeil in de polder. Het winterpeil in 1906 was bepaald op 2,05 – NAP, in 1966 was dat 2,19 – NAP, terwijl het peil in 1992 op 2,45 – NAP stond. In de brief van de provincie wordt vastgesteld dat het scheprad vrijwel geen tasting meer heeft. Het polderpeil nu zo laag is geworden, aldus de provincie, dat het bemalen van de polder door de molen niet meer mogelijk is. Het enige alternatief is het maken van een rondmaalcircuit waarbij het water rond de molen op een hoger peil wordt gehouden. Aldus geschiedde: sinds 1994 draait de molen in circuit.

 

In het voorjaar van 2024 heeft de molen een restauratie ondergaan waarbij het Oud Hollands tuig is vervangen. De in 1954 aangebrachte spleetwieken zijn hiermee weer hersteld.

Deze website maakt gebruik van cookies om u een optimale gebruikerservaring te bieden.

Meer info