Bestemming
De molen wordt in bedrijf gehouden door een vrijwillig molenaar en fungeert als hulpgemaal bij extreme wateroverlast of als het gemaal buiten werking raakt. De Hondsdijksepolder heeft een omvang van 425 hectare en een opvoerhoogte 1,30 meter.
Historie
De Hondsdijksepolder wordt 1444 gesticht. In 1485 verlenen de Dijkgraaf en Hoogheemraden van Rijnland toestemming aan de polder voor de bouw van een poldermolen. De eerste Hondsdijksemolen staat ongeveer een kilometer ten noorden van de plaats waar vroeger het kasteel Groot Poelgeest stond.
De huidige molen wordt in 1644 gebouwd op Roomburg bij Leiden en gebruikt ten behoeve van de verversing van de stadsgrachten. In 1685 wordt hij afgebroken en
herbouwd aan de Slaaghsloot ter hoogte van de Marepoort in Leiden. De molen wordt stilgezet in 1688.
Dan wordt hij in 1693 verkocht aan de Hondsdijksepolder voor 1.075 gulden omdat de Hondsdijksemolen, een wipmolen, op 3 juni van dat jaar is afgebrand. De molen wordt door Tijs Groenlant uit Leiden opnieuw afgebroken en weer opgebouwd voor 1.050 gulden, maar omdat het werk niet binnen de gestelde tijd klaar is, krijgt hij 850 gulden uitbetaald.
De Hondsdijksemolen heeft tot 1959 de Hondsdijksepolder op windkracht bemalen en is sinds 1966 eigendom van Rijnlandse Molenstichting, die hem heeft laten restaureren. De restauratie verloopt niet zonder tegenslagen. Molenmaker Van Beek overlijdt plotseling, de molen is verzakt en onderloops. Niettemin is de molen gerestaureerd én weer teruggebracht in zijn oorspronkelijke staat als binnenkruier (de kap met de wieken worden van binnenuit gekruid, dit type molen heeft dus geen staart). De langdurige restauratie is gereed in 1981.
Bijzonder:Daarmee is de Hondsdijksemolen de enige bestaande Nederlandse achtkante binnenkruier buiten de provincie Noord-Holland.