Bestemming
De molen bemaalt, met de Lijkermolen 2, de Veender- en Lijkerpolder. Functioneert als hulpgemaal en wordt ingezet bij extreme wateroverlast.
De Lijkerpolder omvat ca. 540 ha. De opvoerhoogte is ca. 4,20 m.
Historie

Door het octrooi van Rijnland van 1744 wordt het gebied, dat nu de polder omvat, uitgeveend, waarbij de termijn van de vervening op 30 jaar wordt gesteld. In de jaren 1779-1780 worden de twee poldermolens gebouwd om de uitgeveende plas droog te maken en daarna de polder op het gewenste peil te houden. De molenmakers Tymen Paddenburg en Pieter Obdam verzorgen het timmerwerk en Hendrik Maart het metselwerk. De afwijkende vorm van de molens is een gevolg van de opvatting van de metselaars: zij zijn van mening dat het metselwerk van een twaalfkant sterker is dan een ronde gemetselde molenromp, hoewel dat de laatste de opdracht was van het polderbestuur.

Boven de westelijke ingang van de Lijker 1, bevindt zich een stichtingssteen. Het begin van de tekst op deze steen luidt als volgt: …“ Livinus Haeck Oud 12 Jaaren Heeft op Den 18e Mey 1780 aan den Molen den eersten steen gelegen”… etc.
In tegenstelling tot de Lijker 2 werd deze molen nooit van een elektrische aandrijving voorzien. Begin jaren vijftig werd de vijzel verdiept en verlengd. In 1976 kwam de molen in eigendom van de Rijnlandse Molenstichting. In 1996 volgde een restauratie van de molen waarbij o.a. de roeden werden vervangen.

Nadat in 2014 het metselwerk van de watergang naar de boezem is hersteld (kosten circa € 25.000) is deze watergang opnieuw stukgereden door veel te zwaar verkeer op de weg voor de molen. Gevaar voor instorting was niet denkbeeldig daarom werden stalen rijplaten over de watergang gelegd. Sindsdien praten het hoogheemraadschap en de gemeente over oplossingen. Het gevolg is dat de watergang is afgedamd; de molen kan dus wel draaien maar tijdelijk niet malen.
BijzonderMet de Lijkermolen 2 vormen deze molens de enige twaalfkante molens in ons land.